Loflied
1 Op die dag zul je zeggen:
‘Ik zal U loven, HEER.
U bent woedend op mij geweest,
maar uw toorn is geweken, U troost mij.
2 God, Hij is mijn redder.
Ik heb een vast vertrouwen, ik ben niet bang,
want de HEER is mijn sterkte, Hij is mijn beschermer,
Hij heeft mij redding gebracht.’
3 Vol vreugde zullen jullie water putten
uit de bron van de redding.
4 Op die dag zullen jullie zeggen:
‘Loof de HEER, roep zijn naam uit.
Maak alle volken zijn daden bekend,
verkondig zijn verheven naam.
5 Zing een lied voor de HEER,
machtig zijn zijn daden.
Laat heel de aarde dit weten.
6 Jubel en juich, inwoners van Sion,
want groot is de Heilige van Israël,
die in jullie midden woont.’
Loflied
1 Op die dag zul je zeggen:
‘Ik zal U loven, HEER.
U bent woedend op mij geweest,
maar uw toorn is geweken, U troost mij.
2 God, Hij is mijn redder.
Ik heb een vast vertrouwen, ik ben niet bang,
want de HEER is mijn sterkte, Hij is mijn beschermer,
Hij heeft mij redding gebracht.’
3 Vol vreugde zullen jullie water putten
uit de bron van de redding.
4 Op die dag zullen jullie zeggen:
‘Loof de HEER, roep zijn naam uit.
Maak alle volken zijn daden bekend,
verkondig zijn verheven naam.
5 Zing een lied voor de HEER,
machtig zijn zijn daden.
Laat heel de aarde dit weten.
6 Jubel en juich, inwoners van Sion,
want groot is de Heilige van Israël,
die in jullie midden woont.’