Elia
1 Toen kwam Elia, een profeet als een vuur,
zijn woorden brandden als een fakkel.
2 Hij bracht hongersnood over het volk,
door zijn inzet voor de Heer maakte hij het klein in aantal.
3 Op bevel van de Heer hield hij de regen tegen
en liet hij driemaal vuur uit de hemel komen.
4 Hoezeer werd u geroemd, Elia, om uw wonderdaden,
wie kan zich in roem met u vergelijken?
5 U hebt een gestorvene opgewekt uit de dood,
uit het dodenrijk, op bevel van de Allerhoogste.
6 U hebt koningen ten onder doen gaan
en voorname mannen op hun ziekbed laten sterven.
7 Op de Sinai hebt u terechtwijzingen gekregen
en op de Horeb straffen horen afkondigen.
8 U hebt koningen gezalfd om te vergelden
en profeten om u op te volgen.
9 U werd weggenomen in een wervelwind van vuur,
in een wagen met vurige paarden.
10 Over u staat geschreven dat u klaarstaat voor de vastgestelde tijd,
om de toorn te stillen vóór hij razernij wordt,
de ouders te verzoenen met de kinderen,
de stammen van Jakob te herstellen.
11 Gelukkig zijn zij die u gezien hebben
en in liefde zijn gestorven;
ook wij zullen zeker leven.
Elisa
12 Elia verdween in een wervelwind,
en Elisa werd van zijn geest vervuld.
Hij beefde in zijn tijd voor geen enkele leider,
niemand kreeg hem in zijn macht.
13 Niets ging zijn krachten te boven,
zelfs toen hij al gestorven was, profeteerde zijn lichaam nog.
14 Bij zijn leven gaf hij tekenen
en bij zijn sterven verrichtte hij wonderbare daden.
15 Maar het volk kwam door dit alles niet tot inkeer,
het hield niet op met zondigen,
totdat het uit het land werd weggevoerd
en over de hele aarde werd verstrooid.
Slechts een heel klein volk bleef er over,
met een heerser uit het huis van David.
16 Sommigen van hen deden het goede,
maar anderen zondigden steeds meer.
Hizkia en Jesaja
17 Hizkia versterkte zijn stad
en leidde er water naar binnen.
Hij doorboorde met ijzeren werktuigen de rotsen
en bouwde waterreservoirs.
18 Tijdens zijn regering rukte Sanherib op,
die stuurde zijn rabsake en trok zelf weer weg.
De rabsake hief zijn hand op tegen Sion
en sprak in zijn hoogmoed verwaande woorden.
19 Toen beefde de bevolking van angst
en sidderde als een vrouw in barensnood.
20 Ze riepen de barmhartige Heer aan
en hieven hun handen naar Hem op.
De Heilige in de hemel verhoorde hen snel
en redde hen door toedoen van Jesaja.
21 Hij versloeg het leger van de Assyriërs,
zijn engel vernietigde het.
22 Want Hizkia had gedaan wat de Heer goed vindt;
hij werd machtig omdat hij vasthield
aan de levenswijze van zijn voorvader David,
zoals de profeet Jesaja hem had voorgeschreven.
Groot was die en betrouwbaar in zijn visioenen.
23 In zijn tijd ging de zon achteruit,
waardoor hij het leven van de koning verlengde.
24 Met zijn grote geest zag hij de laatste dingen
en sprak hij de treurenden van Sion moed in.
25 Hij kondigde aan wat ging gebeuren, tot in de verste toekomst,
voordat het gebeurde voorspelde hij wat nog verborgen was.
Elia
1 Toen kwam Elia, een profeet als een vuur,
zijn woorden brandden als een fakkel.
2 Hij bracht hongersnood over het volk,
door zijn inzet voor de Heer maakte hij het klein in aantal.
3 Op bevel van de Heer hield hij de regen tegen
en liet hij driemaal vuur uit de hemel komen.
4 Hoezeer werd u geroemd, Elia, om uw wonderdaden,
wie kan zich in roem met u vergelijken?
5 U hebt een gestorvene opgewekt uit de dood,
uit het dodenrijk, op bevel van de Allerhoogste.
6 U hebt koningen ten onder doen gaan
en voorname mannen op hun ziekbed laten sterven.
7 Op de Sinai hebt u terechtwijzingen gekregen
en op de Horeb straffen horen afkondigen.
8 U hebt koningen gezalfd om te vergelden
en profeten om u op te volgen.
9 U werd weggenomen in een wervelwind van vuur,
in een wagen met vurige paarden.
10 Over u staat geschreven dat u klaarstaat voor de vastgestelde tijd,
om de toorn te stillen vóór hij razernij wordt,
de ouders te verzoenen met de kinderen,
de stammen van Jakob te herstellen.
11 Gelukkig zijn zij die u gezien hebben
en in liefde zijn gestorven;
ook wij zullen zeker leven.
Elisa
12 Elia verdween in een wervelwind,
en Elisa werd van zijn geest vervuld.
Hij beefde in zijn tijd voor geen enkele leider,
niemand kreeg hem in zijn macht.
13 Niets ging zijn krachten te boven,
zelfs toen hij al gestorven was, profeteerde zijn lichaam nog.
14 Bij zijn leven gaf hij tekenen
en bij zijn sterven verrichtte hij wonderbare daden.
15 Maar het volk kwam door dit alles niet tot inkeer,
het hield niet op met zondigen,
totdat het uit het land werd weggevoerd
en over de hele aarde werd verstrooid.
Slechts een heel klein volk bleef er over,
met een heerser uit het huis van David.
16 Sommigen van hen deden het goede,
maar anderen zondigden steeds meer.
Hizkia en Jesaja
17 Hizkia versterkte zijn stad
en leidde er water naar binnen.
Hij doorboorde met ijzeren werktuigen de rotsen
en bouwde waterreservoirs.
18 Tijdens zijn regering rukte Sanherib op,
die stuurde zijn rabsake en trok zelf weer weg.
De rabsake hief zijn hand op tegen Sion
en sprak in zijn hoogmoed verwaande woorden.
19 Toen beefde de bevolking van angst
en sidderde als een vrouw in barensnood.
20 Ze riepen de barmhartige Heer aan
en hieven hun handen naar Hem op.
De Heilige in de hemel verhoorde hen snel
en redde hen door toedoen van Jesaja.
21 Hij versloeg het leger van de Assyriërs,
zijn engel vernietigde het.
22 Want Hizkia had gedaan wat de Heer goed vindt;
hij werd machtig omdat hij vasthield
aan de levenswijze van zijn voorvader David,
zoals de profeet Jesaja hem had voorgeschreven.
Groot was die en betrouwbaar in zijn visioenen.
23 In zijn tijd ging de zon achteruit,
waardoor hij het leven van de koning verlengde.
24 Met zijn grote geest zag hij de laatste dingen
en sprak hij de treurenden van Sion moed in.
25 Hij kondigde aan wat ging gebeuren, tot in de verste toekomst,
voordat het gebeurde voorspelde hij wat nog verborgen was.